Nieuws, Nieuws

Elske bij Business Wise & Fambizz: ‘Familiebedrijf kan echt wel sexy zijn’

(Delen uit) dit interview versche(n)en eerder via businesswise & in vakblad Fambizz

Carrière maken in het familiebedrijf. Welke eigenschappen moet je daar eigenlijk voor hebben? We vragen het aan CEO’s van bekende familiebedrijven. Deze aflevering: Elske Doets van Doets Reizen. “Er zit enorm veel emotie en ziel in, waardoor het aantrekkelijk is om voor een familiebedrijf te werken.”

Elske Doets (1972) nam in 2001 Doets Reizen over van haar vader. De ‘Zakenvrouw van het jaar’ van 2017 kijkt met gemengde gevoelens naar zakendoen met familie. Geld en ego kunnen voor problemen zorgen, ook in de privésfeer. Maar de emotie en ziel hoef je er niet bij te bedenken in een familiebedrijf. En financieel kunnen ze vaak tegen een stootje. “Vanuit het comfort kun je gave dingen doen.”

Van 0 naar 100%

Doets is werkzaam in het familiebedrijf, maar ze heeft eigenlijk amper met familie samengewerkt. “Ik nam in één keer 100 procent van de aandelen over. Meestal gaat dat geleidelijker. Ik ben wel een tijd begeleid nog, ik was ook heel jong (28, red.).” Op het moment van de overdracht had ze drie jaar werkervaring. Doets studeerde rechten, maar wilde ondernemen. “Er bestond in mijn tijd geen studie ondernemerschap. Je moet een gezond stel hersenen hebben en risico durven nemen. Je begint ieder jaar op nul als ondernemer en dan moet het weer gebeuren.” Ondernemen leer je in de praktijk, vindt Doets. Maar, ze had op sommige elementen al snel een eigen visie. “Ik was en ben van mening dat je als nieuwe generatie je eigen team moet bouwen. Veel mensen waren van slag toen ik dat eens uitsprak op een familiebedrijvencongres. Maar ik vind echt dat je jezelf niet teveel geweld moet aandoen. Je moet met goede mensen werken, die passen bij je visie en met wie je goed door een deur kunt.”

Logisch nadenken

Voeling krijgen met de cijfers leerde Doets van haar vader. “Omzet, kosten, marge. Kijk naar de cijfers en bereken of het klopt. De meeste ondernemers kunnen dat niet meer. Ze zijn afhankelijk van de accountant. Bij ons is er soms enorm veel omzet en soms niet. Als er minder omzet is, hebben we juist ontzettend veel kosten. ‘Ik wil dat anders doen’, zei mijn financieel manager eens. Maar je kunt het ingewikkeld doen of logisch nadenken. Dat laatste doe ik.” Doets heeft naar eigen zeggen een groot verantwoordelijkheidsgevoel, niet alleen als het om de cijfers gaat. “Ik wil graag dingen oplossen, fiksen. Als er een probleem is, kloppen collega’s ook aan. Maar ik weet ook: je hoeft niet altijd hun problemen op te lossen. Je kunt ook zeggen: los het zelf op en neem ook je verantwoordelijkheid voor de pijn. Dán groeien mensen.”

Alles stond stil

Het ondernemerschap kent ups en downs. In haar eerste jaar als ondernemer en leidinggevende kreeg Doets ‘de aanslagen op 11 september’ voor haar kiezen. “De VS en Canada zijn onze belangrijkste markten dus dat kwam wel even aan.” Ook in coronatijd heeft haar bedrijf flink geleden. “We gingen van 30 miljoen euro omzet naar 0. Inmiddels zijn we vier jaar verder en sinds kort zijn we pas weer goed op koers. Vorig jaar was het eerste jaar dat we weer normaal konden gaan draaien. We hebben fors geïnvesteerd. Alles stond twee stil en vanuit stilstand in beweging komen, kost tijd. Maar dit jaar zijn er weer echte groeikansen.” In zware tijden investeren, dat toont wel echt de risicobereidheid van Doets, die past bij het ondernemerschap. “De kosten gaan voor de baat. Het bloed moet weer door de aderen gaan stromen.”

Geld en Ego’s

Ondernemerschap is populair onder jongeren, weet Doets, die de Young Lady Business Academy heeft opgezet, een non-profit initiatief waarmee ze jonge vrouwen van 15 tot en met 25 jaar helpt scherpe keuzes te maken als ondernemer of op te klimmen naar gezichtsbepalende functies bij de overheid, bedrijfsleven of een ngo. “Allereerst voor zichzelf natuurlijk, maar ook voor de samenleving die mijns inziens zoveel ‘rijker’ wordt van vrouwen op cruciale posities.”

Overdracht naar de volgende generatie, zit dat er eigenlijk ook nog in bij Doets Reizen? “Binnenkort komt mijn zoon een tijdje meelopen. Hij wil ondernemer worden. Maar ik weet niet of ik het wil, althans binnen dit bedrijf”. Doets’ zonen zijn zestien en twintig. “Allereerst zou ik dan nog lang door moeten. Maar je moet je ook afvragen, hoeveel toekomst heb je als reisorganisatie nog, alleen al door de klimaatdiscussie en duurzaamheid.” En ze heeft nog een ander bezwaar. “Als je bedrijf overneemt van een familielid gaan zaken en privé door elkaar lopen. Het gaat over geld, soms veel geld. En ego’s zijn er ook. Dat kan veel energie kosten, waarbij ik me moet afvragen of dat ‘t allemaal wel waard is.”

Emotie

,,Familiebedrijven zijn veelal gesloten bolwerken. Over het algemeen zijn ze niet zo open als ik, maar ik weet dat dezelfde problematiek als die ik heb ervaren er in veel familiebedrijven is. Het zijn bekende pijnen. Jaloezie is namelijk heel menselijk. Ons wordt aangeleerd dat we niet jaloers mogen zijn, maar iedereen is het, net zoals iedereen verdrietig of boos is.”

“De positieve kant is: Er zit enorm veel emotie en ziel in, waardoor het aantrekkelijk is om voor een familiebedrijf te werken. Klanten identificeren zich ook met het merk. Uiteraard moet je product goed zijn, dat spreekt voor zich. En vaak zijn familiebedrijven solide bedrijven die tegen een stootje kunnen. Ze doen aan bootstrapping, zoals het tegenwoordig heet: ze werken met geld dat ze zelf hebben verdiend. Daardoor kunnen ze ook eerder doorstarten als het eens goed tegen zit.”

Doets vindt het jammer dat familiebedrijven vaak als conservatief worden gezien. “Het beeld is een beetje truttig. Het is sexyer als je startup bent en geen drol verdient. Maar een familiebedrijf kan echt wel sexy zijn. Het zijn doorgaans warmere omgevingen, met meer comfort. Maar vanuit dat comfort kun je juist gave dingen doen.”

Vroeger speelser

Voorheen was Doets Reizen een hele platte organisatie. Maar tijden veranderen, stelt de ondernemer. “Het is onrustiger geworden. Sommige mensen hebben behoefte aan een tuinhekje: ze willen weten wat de spelregels zijn en wie welk mandaat heeft.” In het verleden gaf ze speelser leiding. “Ik was dan de inspirator, anderen kregen vrijheid en veel vertrouwen. Bij een titel hoort een verantwoordelijkheid: daar komt nu meer duidelijkheid in. Reflecterend, mijn intrinsieke motivatie is ook anders dan die van de mensen die hier werken. Ze zijn geen ondernemer, maar een ondernemende houding, die zoek ik wel.”

Zelf typeert Doets zich als ‘een beetje adhd’erig’. “Net als Marcella, mijn assistente. Andere mensen hebben daar meer moeite mee. Ik kijk veel meer naar de big picture. Hoe je er komt, boeit niet zoveel. Alles in scrums en sprints die tegenwoordig zo populair zijn, snap ik niet. Ik ben een nogal ongeleid projectiel, onnavolgbaar, hoor ik ook wel eens. Snel verveeld ook. Ik moet daarom bewust af en toe stilstaan en denken: ik moet wel iedereen meekrijgen en ervoor zorgen dat troepen aangehaakt blijven”.

Doets werkt met dieren alterego’s voor het personeel. Zelf had ze zichzelf getypeerd als een witte beer, maar daar was niet iedereen het mee eens. ‘Jij bent een wolverine, hoorde ik. Een veelvraat, die alles probeert. Heel opportunistisch ook. Maar dat heb ik dus ook nodig, anders ben ik verveeld. Ik ben ook onbevreesd, net als een wolverine. Als het moet vecht ik met grizzly’s van 600 kilo.”